top of page

We moeten naar Hamburg...

Hamburg, wat weet je nu over die stad? De topografische wonderkinderen onder ons weten misschien dat het vlak onder Denemarken ligt. Daarnaast heeft de stad haar bruisende economie aan de haven te danken. Een breder beeld dan dit hebben de meeste mensen niet van Hamburg. Denk onze teleurstelling dus maar eens in toen we de envelop trokken waardoor we gedoemd waren om naar Hamburg te reizen (met dank aan Hajo). Iedereen heeft de envelop grondig gecontroleerd; hadden we ons niet collectief verlezen terwijl er eigenlijk 'Barcelona' stond, in een onduidelijk lettertype? Maar helaas, Hamburg it is. Het zout werd pas echt in de wond gewreven wanneer de leraren ons vroegen waar we naartoe gingen. “Rome!”, riep de ene groep. “Prachtige stad!” was het antwoord. En wij? “Hamburg…” “Ah ja, is toch ook best leuk”, luidde de reactie, op een toon waarmee je iemand condoleert voor het verlies van zijn grootouder. Maar we hadden een schrale troost; de reis zou makkelijk moeten verlopen. De stad mocht dan niet geweldig zijn - we zouden ten minste een comfortabele reis hebben. Hoe we hier twee keer zo verkeerd gedacht konden hebben…

De treinreis. Dé treinreis. We zullen met zijn allen nooit meer over de NS klagen. “We hadden moeten vliegen”, werd om het kwartier verzucht als weer iemand bijna over onze koffers viel. Maar nee, treinen zou zo veel makkelijker zijn (wederom bedankt Hajo). Niet dat Hajo hier last van had, wiens wekker besloten had om sabbatical te nemen. Tot overmaat van ramp stond Laura vast in Eindhoven vanwege een treinstoring. Het doel was om gezamenlijk vanuit Groningen Duitsland in te trekken, en het werd ons koud om het hart om te horen dat twee redactieleden dit niet zouden halen, en geen tickets hadden om in Hamburg te komen. Voor Laura kwam een reddende engel in de vorm van haar muziekdocent, die haar naar het station van Groningen wilde brengen. Voor Hajo geen engel, maar een portemonnee die honderd euro lichter werd voor een nieuw kaartje. En zo trokken we, niet met elf, maar tien journalisten Duitsland in. Dat werden er bijna negen toen Marin klem kwam te zitten tussen een sluitende deur, wat leidde tot hilariteit toen er steeds wanneer we een trein instapten werd uitgeroepen: “Hebben we Marin?!”.

Mentaal en fysiek gebroken strompelden we naar ons hotel. Er kwam weer een beetje leven in ons toen we de vele liters aan Beck’s bier zagen. Hamburg bleek een nogal alcoholistische stad, waardoor wij ons als een vis in het alcohol voelde. Dat eerste biertje in het hotel smaakte alsof het door een engeltje gebrouwen was. Daarom besloten we er nog een stuk of zes te nemen. Na Hajo een paar uur later op het station opgehaald te hebben, en de nodige rondjes Never have I ever, zijn we met zijn allen gelukzalig op ons bed neergeploft.

De volgende ochtend sprongen (lees: kropen) we ons bed uit, klaar om onze journalistieke producties eruit te knallen. Deze producties staan op ons blog, en spreken verder vrij voor zich. Het nachtleven in Hamburg spreekt echter minder voor zich. Gelukkig hebben we ons daar ook goed in weten te mengen. Het hoogtepunt (en daarnaast hoogste punt) was toen we op het dak van een flat een fancy feest hebben meegemaakt. Hoe fancy was het feest? Zo fancy dat de helft van ons niet binnenkwam. Wie had gedacht dat vertrapte rode sneakers niet onder fancy vallen? We zijn geen modejournalisten. Maar in een shoarmatent liters Beck’s gaan drinken was een leuk alternatief.

Pas tijdens het stappen werd duidelijk hoe divers Hamburg eigenlijk is. We liepen langs een kilometerlange weg, waar de sekswinkels, casino’s en kroegen in overvloed waren. De mensen die er liepen kwamen allen uit verschillende milieus. Van daklozen tot mannen in pak, van punkers tot travestieten. Waarlijk een lust voor het oog, zoals dit op de hele stad van toepassing is. Er zijn wijken waar mensen die hun inkopen doen op de P.C. Hooftstraat zich als plebs zouden voelen. Maar de wijken waar de punkers met hun honden op vloerkleden over de hele buurt verspreid zitten zijn net zo tekenend voor Hamburg. Zijn we nu nog steeds zo cynisch over de stad Hamburg als toen we de envelop trokken? Absoluut niet, iedereen schreeuwde om meer aan het einde van onze week. Maar helaas, we zouden vrijdag weer slapen in het saaie Nederland. Tenminste, dat was het plan…

De treinreis terug. Dé treinreis terug. We hadden moeten vliegen. We hadden het namelijk zo uitgerekend dat we terug in Brabant zouden komen, mits we geen enkele overstap zouden missen. Het lot dat boven ons hoofd hing als ons dit niet zou lukken, was een overnachting in Groningen, met een prijskaartje voor de reis terug, omdat ons OV die dag niet geldig was. We waren allemaal op het scherpst van de snede. Toch misten Chris en Joshua de eerste trein bijna. Die hebben tot de allerlaatste minuut gewacht om de trein binnen te springen, en de stress die het heeft opgeleverd heeft ons leven tien jaar korter gemaakt. Het ging bijna fout, voordat het finaal fout ging. “...we hebben een trein te vroeg gepakt, dit is de sprinter, en niet de intercity!” “Komen we nog wel op tijd aan?” “Zal ik alvast een hotel in Groningen boeken?” “WE HADDEN MOETEN VLIEGEN!”.

De eerste trein die we namen was al direct de verkeerde. Toen we erachter kwamen dat we vanuit Groningen niet eens zuidelijker konden komen, begonnen we maar met pijnlijke telefoontjes naar onze ouders. “Helemaal naar Groningen rijden?!”. Familiebanden werden nog nooit zo op de proef gesteld. Gelukkig hadden we een drietal auto’s in Groningen kunnen regelen. Helaas niet genoeg voor iedereen. Voor hen zou de week pas op zaterdagmiddag eindigen. Voor de rest was vrijdagnacht de nacht waarop we een geweldige week achter ons lieten. Een week waarin Hamburg voor ons een nieuw beeld gekregen heeft. Is Hamburg een prachtige stad waar je moeilijk op uitgekeken raakt? Is de Paus katholiek?


Featured Posts
Kom later terug
Gepubliceerde posts zullen hier worden weergegeven.
Search By Tags
Er zijn nog geen tags.
Follow Us
  • Facebook Clean
  • Twitter Clean
  • Instagram Clean
  • RSS Clean
bottom of page